18 november 2013

Bijdrage SGP begrotingsvergadering 14 november

Voorzitter,

De SGP-fractie heeft met interesse de reactie van het college tot zich genomen en wil het college bedanken voor beantwoording en reactie. Voorafgaand aan onze beschouwing in 1e termijn wil de SGP haar medeleven uitspreken met onze wethouder Izaäk de Muijnck die midden in zijn lange proces van chemotherapie verkeert en daarom ook vandaag zijn stoel leeg moet laten.

De financieel en economische crisis is het afgelopen jaar één van de belangrijke rode draden geweest in onze samenleving. Mensen, individueel of in gezinsverband,  die er direct door getroffen zijn leven in onzekerheid over hun toekomst en die onzekerheid heeft doorwerking in het totale menselijke bestaan. Het komende jaar zal helaas nog maar weinig verbetering opleveren en dat gaat nog meer pijn opleveren. De economische crisis gaat in de opvatting van de SGP gepaard met een al decennialange godsdienstige en morele crisis. Het bezit van  een vast levensfundament vervat in het verlossingswerk van Jezus Christus, Gods Zoon, is naar onze mening de uiteindelijk enige troost in dit menselijk bestaan.  Gods heilzame geboden geven aan elk mens de juiste richting in het leven. We kunnen niet anders stellen, dan dat onze samenleving  zich in grote lijnen niet meer ijkt naar de Bijbelse waarden en normen.

De veelbesproken participatiesamenleving is een antwoord op de noodzakelijke verandering van de naoorlogse verzorgingsstaat naar een overheid die zich meer en meer moet concentreren op haar kerntaken. Oldebroek voor Mekaar vormt de lokale vertaling van die ontwikkeling. Een beleid dat in één adem genoemd moet worden met Meer Samenleving, minder of andere overheid. “De verzorgings maatschappij  is onbetaalbaar geworden dus de participatiemaatschappij zal de toekomst zijn. Voorlopig is het waarschijnlijk nog een vallen en opstaan waarbij overheid en burger van elkaar moeten leren wat wel en niet werkt en hoever participatie kan reiken zonder dat mensen buiten de boot vallen.”  (mens en samenleving.infonu.nl )

Als geboren ex-burger van een flinke gemeente in de Randstad heb ik en uiteraard ook mijn fractie mij verdiept in de beschouwingen van de collega-fracties. En om maar met de deur in huis te vallen: het wordt tijd dat de PvdA-fractie zich een werkbezoek naar het geheel van de Randstad gunt. Uiteraard is het dan van belang of je de juiste plaatsen bezoekt en niet alleen de bekende grote steden. Gemeenten als Katwijk (60.000 inwoners) kunnen aan deze fractie laten zien, dat daar kernen zijn  die zich herkennen in datgene wat de PvdA kenmerkend vindt voor de “noordwest Veluwe”. Participatiesamenleving voor de Randstand alleen? Wij denken dat dit niet het geval is. We zitten niet in de voorste wagon, maar we rijden gewoon mee. De SGP ziet naast de financiële noodzaak, veel terug dat ook qua ideologie bij haar past. Een overheid op afstand, maar zodanig dat zij wel het “schild van de zwakken” blijft. Geen mensen buiten de boot dus. Het college heeft dat overigens duidelijk op blz. 1 omschreven.  Willen we de genomen kerntakenbesluiten uitvoeren  en dereguleren met het verminderen van de al eerder besproken fte’s als opbrengst, dan is het ook nog eens bittere noodzaak om de samenleving te activeren en te motiveren om zelf de geboden ruimte in te vullen a la carte.

Na met name de speelvoorzieningendiscussie te hebben gezien heeft de raad inmiddels wel gevoelens over wat wel of wat niet de goede richting zou moeten zijn. En die zijn verschillend. Op zich vanzelfssprekend, maar op dit specifieke en belangrijke punt wel goed om in de gaten te houden. Het lijkt er op dat de VVD voorop loopt, met SGP en Christenunie erachter. Ook het CDA hoort bij de aanhangers. ABO heeft al eerder duidelijk afstand genomen van de operatieroute van het kerntakenbesluit al kijken ze toch positief tegen de participatiemaatschappij aan. Alleen dan zonder de bezuinigingen. Ook de PvdA lijkt het met de participatiesamenleving van Rutte gehad te hebben. Voor ons is dat niet verbazingwekkend, want het past goed bij de diversiteit aan visies op de overheid. We verraden onze afkomst niet.

Sprekend met degene die de speeltuinzorgen met ons hebben gedeeld is het wel duidelijk, dat communicatie met hoofdletters geschreven moet worden. In de notulen van de vorige vergadering gaf dhr. Verberk al aan, dat dit zo’n beetje het moeilijkste is wat er tussen mensen moet gebeuren. Wij denken daar hetzelfde over. Warme Overdracht is snel opgeschreven, maar de uitvoering is werkelijk een worsteling, zeker met een lege portemonnee. Toch viel ons op, dat op de al genoemde site niet zozeer het geld als struikelblok ziet, maar de benodigde kennis die de gemeente de burger moet bijbrengen.  Wij doelen dan ook op de kennis van het totaalplaatje waar de raad voor heeft gekozen. Geld overhevelen richting speeltuinen, betekent wel dat op andere voorzieningen moet worden bezuinigd. De raad kent de consequenties, maar bij de burger zijn ze blijkbaar nog onvoldoende bekend. Dat is in een warme overdracht meteen al een achterstand. Moet het college niet per overdracht zich ervan vergewissen, dat de randvoorwaarden bekend zijn bij de betrokken partners uit de samenleving?  En is het ook niet een idee om de plannen over dorpsgericht werken en de financiële mogelijkheden mee te nemen in zo’n warme overdracht? Dat zou misschien heel wat teleurstellingen wegnemen en motivatie verhogend kunnen werken. We zijn benieuwd naar het antwoord van het college hierop en hoe zij zich in het concrete geval van de speeltuinvoorzieningen verder zal opstellen richting belanghebbenden die blijkens onze gesprekken danig het gevoel hebben dat ze het toch zelf moeten uitzoeken.  

Het moet aan de andere kant duidelijk zijn, dat de SGP op dit moment niets ziet in het afwijken van het gekozen spoor en daardoor de uitkomsten van de kerntakendiscussie ter discussie te stellen. In bv. het geval van de speeltuinen  is het niet meer dan eerlijk, om te zeggen dat met de huidige stand van de meerjarenbegroting er geen andere keus is, dan te roeien met de riemen die we hebben.

Daarbij komt, dat de ambitie die het college heeft omschreven rondom dorpsgericht werken en burgerbegroting er één is, die er niet om liegt. Samen met deregulering vormen al deze zaken peilers onder de nieuwe wijze van werken in onze gemeente. Zie dit alles als een eenheid, waaraan je niet ongestraft wat kan wijzigen. Ons inziens raak je dan het evenwicht kwijt. (Concreet ingaand op het amendement van de ABO: de SGP ziet wel degelijk de noodzaak van goede speelruimtes voor onze kinderen in de wijken en snappen de frustraties van belanghebbenden heel goed. Tegelijk vinden we het niet juist om midden in het proces al bij te willen sturen. Daarvoor is het te vroeg. We wisten dat onze burgers niet staan te springen over al die veranderingen die op ons af komen. Maar teruggaan is om meer dan één reden, we noemen alleen de financiële, geen reden. Daarom zullen we niet meestemmen)

Toch zijn we over een aantal zaken bezorgd. Dat de communicatie in dit hele proces nog niet op het goede peil is, maakt wel, dat we grote kans lopen om fouten te maken die niet gemaakt mogen worden. Het niet met elkaar eens zijn, als burger en overheid, is in deze zoekfase niet erg. Wel als er verwarring is over wat de voorwaarden zijn waarbinnen de hele zoektocht zijn beslag zal krijgen. Het is voor ons ook belangrijk, dat de burgers weten dat de bezuiniging toch echt zal moeten plaats vinden en dat niemand de illusie kan koesteren dat er toch nog een financiële uitweg zal worden geboden. Tegelijk moet duidelijk zijn welke concrete voordelen de burgers van onze gemeente kunnen verwerven middels Oldebroek voor Mekaar.

Zorgen hebben we, als het gaat om de hoofdlijnen van beleid die uitgevoerd worden d.m.v. Oldebroek voor Mekaar. Het gebrek aan financiële middelen moet er niet voor zorgen, dat de visievorming op belangrijke maatschappelijke thema’s overeind moet blijven. Sommige belangen (denk aan ecologie en duurzaamheid) gaan ook voor, al vinden we de effecten pas op midden of lange termijn.

Zorgen hebben we over de voorwaarden waarbinnen deregulering plaats  gaat vinden, met name in reclamebeleid en evenementenbeleid. Als we dorpsgericht gaan werken, mag het toch zeker wel zo zijn, dat ook in die twee gebieden de identiteit van onze kernen wordt gerespecteerd. Het college komt met de geruststellende mededeling dat de zondag nooit geen item is geweest. Maar het geheel van onze samenleving overziende, zo we dit al kunnen, maakt ons beducht dat deze dingen snel op ons af gaan komen en de SGP wil daar vooraf al afspraken over gemaakt hebben. De vrijheid van handelen t.o.v. reclame is voor een gemeente beperkt. De beantwoording van het college op onze vragen kunnen we plaatsen, maar tegelijk weten we dat de grenzen van de Reclame Code Commissie rekbaar zijn. En de gevolgen zien we. En het maar moeten accepteren dat we hier niets aan kunnen doen gaat er bij ons niet in. Waarom niet een gesprek met exploitanten? Ook zij hebben geen belang bij conflicten. Oldebroek voor Mekaar is ook hier toch van toepassing? Graag reactie

Zorgen blijven er over de hoogte van onze gemeentelijke lasten. Uiteraard hebben we met een stevige verhoging van de afvalstoffenheffing te maken gehad. Tegelijk willen we het college meegeven, dat de OZB-stijging meer is dan het afgesproken percentage. Het gebrek aan helderheid in deze materie vanuit de beantwoording is voor ons frustrerend aan het worden. Boven het gemiddelde uitkomen qua lasten is een  niet acceptabel gegeven voor de SGP. We willen graag dat het college zich dat gegeven ernstig neemt en dit vertaald in de lokale heffingen. Graag reactie. (Wat het VVD- amendement betreft , moeten we constateren dat hier wordt gespeculeerd op een permanente lijn w.b. de precariobelasting. Die zien wij nog niet. Om dan deze stap te zetten lijkt ons niet verstandig. Voor de motie wachten we op de reactie van het college.)

De toekomst voor de periode 2014 tot 2017 zal ons leren hoe de worsteling om OvM zal verlopen in combinatie met de decentralisaties die ons tot nieuwe bezuinigingen lijken te dwingen. Onze buurgemeente Elburg liet in de laatste Huis aan Huis al zien dat ze positief denken te gaan eindigen in 2017. Daar zijn ze blijkbaar zelfverzekerd van hun succes. Het is ook voor Oldebroek zaak om niet bij de pakken neer te zitten, maar aan te pakken om de grote klussen die liggen te wachten op te knappen. We sluiten onze 1e termijn af met onze dank uit te spreken voor onze ambtenaren voor hun inzet in de afgelopen roerige tijden. Daarvoor onze dank!

Het is een onjuist beeld om te doen alsof de coalitie CU-SGP met geld heeft gesmeten. In een afweging om deze verandering binnen onze gemeente te kunnen doen en klaar te zijn voor de toekomst en om de pijn die in ons kerntakenbesluit te verzachten heeft de coalitie dit geld gebruikt. Daar heeft de SGP zeker na de troonrede van 2013 geen spijt van.   We moeten het anders gaan doen. Onze gemeente was er niet klaar voor en zal het wel moeten zijn in de overstap naar die andere gemeente die andere taken krijgt en met minder in de leefomgeving van onze burger het moet doen. Daar heeft de SGP niet uit veranderingsdrift voor gekozen, maar daar ligt een voor ieder weldenkende burger bewijsbare noodzaak onder.  De vraag is of we ons willen laten overtuigen door rationele argumenten en niet gericht zijn op de leuke dingen die we voor de mensen willen doen, zoals de VVD dat zo treffend heeft geschreven. Die vraag zal tijdens de verkiezingen worden beantwoord. De SGP heeft haar verantwoordelijkheid genomen en haar plicht in moeilijke tijden gedaan.